Niet uitgepraat,
niet eens begonnen,
eigenlijk nooit naar jou geluisterd.
Altijd met mezelf bezig geweest,
en toen was je er opeens niet meer.
Niets meer aan te doen,
van nu af aan alleen,
het leven gaat door.
Wat overblijft:
een vrouw, drie zonen,
plotseling heel dicht bij elkaar.
Praten, over hoe het was geweest
en dat het beter was zo
en het was gelukkig snel voorbij.
Veel te gauw,
van nu af zonder jou,
het leven gaat door.
Je kijkt nu nooit meer over mijn schouder mee,
‘t Is nooit meer: kijk, pa, zonder handen.
Al hoor je me dan niet,
het is misschien wat laat:
bedankt, pap.
Mijn kinderen,
ze zijn je al vergeten,
ze waren te klein om jou te hebben gekend.
En ik dan,
wat weet ik nou van jou,
ik weet alleen dat ik met de dag
meer op jou ga lijken
veel te gauw, van nu af zonder jou,
het leven gaat door.
Al hoor je me dan niet,
het is misschien wat laat:
bedankt, pap,
pap, bedankt.
Liedtekst, album Bram Vermeulen en de Toekomst